In de Noord-Europese landen steeg het aantal gemelde verkrachting o.a. als gevolg van de massale immigratie, waarbij in Zweden het percentage opvallend hoog is – en men kan het onofficiële aantal slechts vermoeden.
Blijkbaar schijnt justitie in het hoge noorden net zo laks als in Duitsland te zijn wat betreft de veroordeling en opheldering, zodat de statistiek voor de getraumatiseerde beschermingzoekers en schijnasielzoekers niet zo negatief uitvalt.
Nu hield Amnesty International zich in een rapport bezig met de strafvervolging van verkrachtingen in de Scandinavische landen.
“RT Deutsch” bericht:
Het rapport van Amnesty International betreffende “gerechtigheid voor overlevenden van verkrachting in de Scandinavische landen” begint met een ontnuchterende uitlating van een slachtoffer over de Zweedse justitie:
“Al deze hoop op gerechtigheid en schadeloosstelling, en uiteindelijk – niets. Het was alleen maar nog een politiebericht. Ik geloof nu niet meer in justitie. Ik geloof niet dat ze zo functioneert als ze zou moeten.”
Onderzocht werd het geslachtsspecifieke geweld in de landen Denemarken, Finland, Noorwegen en Zweden. Hiervoor werden 45 vrouwen en meisjes van verschillende etnische afkomst geïnterviewd die een verkrachting hadden meegemaakt. Daar kwamen statistieken van de desbetreffende landen bij. Amnesty International brengt de beschuldiging naar voren dat het aantal opgeloste zaken te gering zou zijn, vooral in Zweden.
In 2017 leidden in Zweden maar 236 van de 5236 gemelde verkrachtingszaken tot vonnissen. In Noorwegen waren er 78 veroordelingen op 1504 verkrachtingen in het jaar 2016. In Denemarken waren dit 94 veroordelingen op 890 gevallen, in Finland 209 veroordelingen op 1245 gevallen.
Lees verder bij de bron: E.J. Bron
