De raadsleden krijgen een vast bedrag per bijeenkomst. 250 euro voor een ’voorbereidende vergadering’ en 500 euro voor een ’besluitvormende vergadering’. De raadsleden kunnen in gemiddeld vier vergaderingen per maand maximaal 1500 euro innen.
In de eerste weken na de verkiezingen waren slechts twee vergaderingen per stadsdeel nodig die gemiddeld twee uur duurden. Normaal zouden de raadsleden voor april in totaal 750 tot 1000 euro ontvangen voor deze bijeenkomsten. Maar dat vinden de volksvertegenwoordigers te weinig.
In vier stadsdelen, West, Oost, Zuidoost en Centrum zijn de bijeenkomsten in april opgeknipt in twee losse vergaderingen op één avond.
Op die manier mogen de gekozenen twee keer een vergoeding innen en hebben zij aan het eind van de maand toch 1500 euro in de knip. Dat er opzet in het spel is, wordt ronduit toegegeven.
„U moet opnieuw de presentielijst tekenen. Als er geen handtekening staat, krijgt u de vergoeding niet uitgekeerd” (bron)