Sinds de dood van de Afro-Amerikaan George Floyd – vermoedelijk door politiegeweld – bevinden de vs zich in een op een burgeroorlog lijkende toestand. Protesten, plundering van winkels, geweld van alle kanten.
Linksextremisten proberen uit de emotionele zaak politiek kapitaal te slaan, ze definiëren in welk verband de gebeurtenis moet worden gezien en in de sociale netwerken wordt met agressieve campagnes druk op gebruikers en ondernemingen uitgeoefend: Oh wee diegene die hier niet aan meedoet!
In de mainstream media is in dit verband de anders zo beklaagde “instrumentalisering van slachtoffers” geen thema. Ook hier is weer sprake van een ideologische slachtofferhiërarchie.
Veel minder aandacht dan de dood van de crimineel George Floyd kreeg het feit dat op 29 mei te midden van een “Black Lives Matter”-protest een bewaker van de rechtbank in Oakland werd doodgeschoten.
De 53-jarige Patrick Underwood overleed aan zijn verwondingen. Patrick Underwood was zelf een zwarte, stond echter in zijn functie als veiligheidsambtenaar model voor de “overheid”, waartegen zich de woede van de demonstranten richt.
Als je kritisch kijkt, wordt echter duidelijk: het gaat helemaal niet in de eerste plaats om “racisme”, dat is alleen maar een morele smoes. Ook al voor de moord in Oakland was het de vraag wat het plunderen van winkels met de eigenlijke morele doelen van de protesten te maken heeft.
Dit fenomeen is niet nieuw. Al tijdens de onlusten in ….