Volgens ervaren advocaten krijgt een werkgever tot dusver nagenoeg altijd zijn zin, indien aan de rechter toestemming wordt verzocht om een werknemer te ontslaan.
Het gaat in de praktijk alleen nog over de hoogte van de ontslagvergoeding en hoger beroep is (nog) niet mogelijk. Dit betekent dat een gemakzuchtige rechter niet kan worden gecorrigeerd door een hogere rechtsinstantie. En hoe meer bewijs de werknemer heeft verzameld tegen de werkgever, hoe ‘duidelijker’ het voor de rechter is dat de arbeidsverhouding is verstoord.
Dus ontslag, want van zo’n werkgever heeft het slachtoffer weinig goeds te verwachten, indien de rechter het ontslagverzoek zou afwijzen… Dit maakt de rechter min of meer medeplichtig aan de dubieuze acties van manipulerende werkgevers.
Dat sommige werkgevers meerdere malen een bepaald scenario hanteren om onwillige werknemers die hun ontslag aanvechten, in diskrediet te brengen, wordt kennelijk niet geregistreerd. Dit kan leiden tot een sfeer van intimidatie waarbij werknemers allerlei misstanden (moeten) accepteren om hun baan te behouden.
Tijd dus voor echte verandering waarbij gewoon een opzegtermijn van drie maanden geldt, ongeacht de reden en zonder toetsing of leugendossiers, want het recht op arbeid is een farce geworden in ons land met tienduizenden ZZP-ers, duizenden failliete ondernemers, honderdduizenden ambtenaren (waarvan een deel overtollig, niet-integer of incompetent), tienduizenden gesubsidieerde stichtingsmedewerkers en ruim 600.000 werklozen. Uiteraard zal het machtsmisbruik dan verder toenemen, doch daaraan zijn we inmiddels gewend geraakt.
Lees verder via Stop de bankiers.
Photo by f l e x HRM LEGAL