De pandemie vormt een rijke voedingsbodem voor protesten en onrust die agressiever van aard zijn dan voor de pandemie het geval was.
Daarvoor waarschuwen historici in een paper verschenen in het blad Peace Economics, Peace Science and Public Policy. Ze baseren zich op de geschiedenis. Want die heeft de neiging zich te herhalen.
Greta en gele hesjes
We horen nauwelijks meer iets van Greta Thunberg: de tiener die tot voor kort onvermoeibaar op de barricaden ging voor het klimaat. En ook de gele hesjes hullen zich in stilzwijgen.
En dat zijn niet de enige protestgroeperingen die totaal te lijken zijn ondergesneeuwd door de wereldwijde gezondheidscrisis waarin we ons momenteel bevinden; een recent onderzoek wijst uit dat van elke 20 grote protestbewegingen die in december 2019 nog volop actief waren, er vandaag de dag hooguit twee of drie nog op de barricaden gaan.
Maar wie denkt dat de pandemie zo een definitief einde heeft gemaakt aan de conflicten en problemen die mensen in 2019 nog al dan niet in een geel hesje of gewapend met spandoeken en protestborden de straat op dreven, heeft het hoogstwaarschijnlijk mis.
Afgaand op de geschiedenis mogen we namelijk verwachten dat de pandemie – die maatschappelijke onrust die niet direct samenhangt met covid-19 zelf, lijkt te hebben uitgedoofd – dienst doet als een rijke voedingsbodem waaruit – als alles achter de rug is – nieuwe maatschappelijke onrust voortkomt. En die onrust zal …