De nieuwste aanval van de EU op internetvrijheid

Binnenkort wordt online spraak gereguleerd door Brussel

the gdpr is why brexit must happen

Zoals de zaken er nu voorstaan, is wat u wel en niet op internet kunt zeggen grotendeels een kwestie van nationale wetgeving, beslist door de nationale parlementen. Dit betekent dat elke natie in Europa momenteel verschillende wetten en praktijken heeft.

Maar de EU is stilletjes op weg om dit te veranderen. Neem de auteursrechtrichtlijn van vorig jaar , die min of meer de invoering van geautomatiseerde inhoudfilters op sociale media vereist . En vorige maand werd duidelijk dat een ongeduldig Brussel dit proces wil boosten door internetregulering op EU-niveau te brengen, waar het de nodige touwtjes in handen kan nemen.

De EU Digital Services Act klinkt op het eerste gezicht onschuldig. Het is ogenschijnlijk gericht (in euro-taal) op het verbeteren van de zogenaamde digitale interne markt door de nationale wetgeving te harmoniseren en concurrentiebelemmeringen weg te nemen. De lidstaten zijn nog niet geraadpleegd of op de hoogte gebracht van specifieke voorstellen in de wet. Maar dankzij het lekken van een interne briefing aan de stuurgroep voor de digitale eengemaakte markt, verkregen Duitse activisten voor digitale vrijheid Netzpolitik, kunnen we zien wat Brussel heeft gepland.

Een van de belangrijkste zorgen van de EU, zoals de briefing duidelijk maakt, is het ontbreken van EU-brede regels en voorschriften voor wat mensen online kunnen zien en zeggen. De strijd tegen online haatzaaien wordt bijvoorbeeld gezegd ‘duur en inefficiënt in de interne markt’. Er zijn ook geen EU-brede regels voor online adverteren, noch heeft de EU toezicht op online diensten als geheel.

Het voorschrift? EU-regelgeving voor internet. De EU-wetgeving moet betrekking hebben op de ‘volledige stapel digitale diensten’, van internetproviders (ISP’s) en sociale media tot zoekmachines en cloudservices. ‘Uniforme regels voor het verwijderen van illegale inhoud zoals illegale haatzaaiende woorden’ moeten in de hele EU bindend worden gemaakt, zegt de briefing. Online reclame, inclusief politieke reclame, moet ook onder EU-controle komen. En er moet een ‘specifieke regelgevingsstructuur komen om toezicht en handhaving van de regels te waarborgen’.

Momenteel biedt de EU-wetgeving expliciete waarborgen tegen ‘algemene monitoringverplichtingen’, wat betekent dat het de lidstaten verboden is ISP’s en sociale media-platforms te vragen om inhoud automatisch te filteren en te controleren op ongewenst materiaal. In een prachtig stukje EU- dubbelspraak moet deze stand van zaken worden voortgezet, maar ‘specifieke bepalingen betreffende algoritmen voor geautomatiseerde filtertechnologieën – waar deze worden gebruikt – moeten worden overwogen om de nodige transparantie en verantwoordingsplicht te bieden’. Anders gezegd, automatisch filteren moet verboden blijven, maar automatisch filteren moet zowel verplicht als uitgebreid zijn. Duidelijk?

Deze voorstellen zijn om verschillende redenen zorgwekkend. Ten eerste kun je geen regels hebben voor de verplichte verwijdering van illegale haatdragende taal tenzij je regels hebt die haatdragende taal definiëren. Op dit moment is er een gezond politiek argument over wat haatdragende taal is, hoe een evenwicht te vinden is tussen vrije meningsuiting en belediging, en inderdaad of er een verbod op haatdragende taal zou moeten zijn. De logica van het EU-voorstel is echter om dit cruciale debat volledig uit het nationale democratische proces te halen en in plaats daarvan toe te vertrouwen aan niet-gekozen EU-technocraten.

Platforms zullen worden uitgegeven met neerhaalberichten voor het haten van haatzaaiende spraak. De EU is ook van plan om te reguleren wat zij ‘schadelijke inhoud’ noemt. Het suggereert dat, vanwege de steeds veranderende aard van ‘schade’, door de EU goedgekeurde gedragscodes voor ISP’s wellicht geschikter zijn. Hoewel het te vroeg is om de striktheid van de codes of de hardhandigheid van de regulator te voorspellen, citeert de briefing onheilspellend de extreem censurale Online Harms White Paper van Groot-Brittannië en de nepnieuwswet van Frankrijk met duidelijke goedkeuring.

Dan zijn er de oproepen voor EU-brede regels over politieke reclame. Hoewel dit zogenaamd gericht is op ‘micro-gerichte desinformatiecampagnes’, mag dit niemand misleiden. In wezen is dit een eis voor algeheel EU-toezicht op politieke betogen. De voortekenen zijn niet moeilijk te herkennen. Het benadrukken van EU-corruptie of verspilling, het ondersteunen van de Brexit of het ondersteunen van een populistische politicus kan gemakkelijk worden bestempeld als ‘verkeerde informatie’.

Het lijdt geen twijfel dat nieuwe regels en voorschriften een huiveringwekkend effect hebben op online spraak . ISP’s, sociale-mediasites en andere platforms hebben bedrijven te runnen. Weinigen zullen de interventie van toezichthouders willen riskeren. Nog minder zullen ervoor kiezen om de vrijheid van meningsuiting van individuele gebruikers te verdedigen wanneer een EU-regelgevende instantie, gewapend met mogelijk draconische sancties, een verwijderingsverzoek indient. Bedrijven zullen het veel eenvoudiger en veiliger vinden om materiaal te verwijderen dat waarschijnlijk klachten oplevert.

Dankzij de Digital Services Act kan de EU de aanvaardbare parameters voor ‘vrije meningsuiting’ online instellen. ISP’s en Europese websites vallen over zichzelf om te voorkomen dat ze iets publiceren dat Brussel ongemakkelijk maakt.

Internetvrijheid….

Lees verder bij de bron: Stop de Bankiers

doneer

JDreport.com publiceert verhalen uit een flink aantal andere "onafhankelijke" nieuwsbronnen, blogs en wat al niet meer. De meningen in dit artikel zijn van de bron en weerspiegelen niet JDreport.com.


0 0 stemmen
Artikelbeoordeling
Abonneer
Laat het weten als er
guest
1 Reactie
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
5917459089 f6baa789a5 refugees

Wees welkom: Migrantensmokkelboot ‘Open Arms’ blijkt oord van geweld te zijn

e sigaret 1566070319

Mysterieuze longziekte in verband gebracht met E-sigaret