Het ‘deflatiespook’ is terug, voor het eerst in ruim vier jaar. Dat betekent dat de prijzen niet stijgen maar dalen. Een mogelijk gevolg is dat mensen bestedingen uitstellen, omdat producten later misschien nog goedkoper zijn.
En dat leidt weer tot minder vraag en nog lagere prijzen.
Door de coronacrisis zijn producten in de EU goedkoper geworden en zijn ook de kosten voor levensonderhoud gedaald (in augustus min 0,2 procent). In juli waren de prijzen nog gestegen (met 0,4 procent).
Over een breed front zijn de prijzen van producten en diensten in augustus naar beneden gegaan, als gevolg van de coronacrisis en de lockdown.De deflatie is het sterkst in Cyprus (- 2,9 procent), Griekenland (- 2,1 procent), Estland en Ierland (min 1,2 procent). België stond in augustus op min 0,9 en Duitsland min 0,1 procent. In Nederland gingen de prijzen nog licht omhoog (0,3 procent) en in Frankrijk met 0,2 procent.
Het inflatiecijfer wordt vaak scheef getrokken wordt door de beweeglijke energieprijzen, alcohol- en tabaksaccijnzen en de seizoensprijzen van vers voedsel. Zo lagen bijvoorbeeld de energieprijzen in augustus 7,8 procent lager dan vorig jaar.
Voor een beter en evenwichtiger inflatiebeeld worden die prijscategorieën dan uit het inflatiecijfer gehaald.
Wat overblijft heet kerninflatie. De ‘geschoonde’ kerninflatie bedraagt voor augustus 0,4 procent.
Negatieve inflatie of deflatie is een soort spookbeeld. Het wordt beschouwd als een moeras voor ….