De Amerikaanse filmmaker Oliver Stone stelde aan de hand van aanwijzingen vast dat de putsch in de oekraïne duidelijke tekens van een cia-operatie draagt. De raddraaiers gebruikten de ontevredenheid van de bevolking met de toenmalige president, Viktor Janoekovitsj, om een regeringswisseling teweeg te brengen.
Oliver Stone stelde vast dat de omwenteling in de Oekraïne vergelijkbaar is met die door de CIA geïnitieerde operaties die in Iran, in venezuela en Chili hebben plaatsgevonden. De filmmaker reisde speciaal naar moskou om daar de in ballingschap levende ex-president Janoekovitsj te ontmoeten om met hem over de gebeurtenissen te praten. Hij schreef op Facebook:
“[…] maar het lijkt duidelijk te zijn dat de zogenaamde ´schutters´, die 14 politieagenten doodden, 85 burgers verwondden en 45 demonstrerende burgers vermoordden, agitators van een buitenstaande derde partij waren. Veel getuigen, inclusief Janoekovitsj en vertegenwoordigers van de politie, denken dat deze vreemde elementen werden ingevoerd door prowesterse fracties – met de vingerafdrukken van de CIA.”
In zijn analyse vergelijkt hij de gebeurtenissen in Kiev met die in Iran in 1953, Chili in 1973 en de actuele gebeurtenissen in Venezuela, waar pro-Amerikaanse “oppositiegroepen” de mensenmassa´s de straat opbrengen. Daarbij noemde Stone de regimewisseling in de Oekraïne “America´s soft power”. Een manier dus om impopulaire regeringen zonder een “echte oorlog” uit de weg te ruimen om daarna een volgzaam regime van marionetten te installeren.
Hierbij herinnerde hij er aan dat het “Maidan-bloedbad” in de westerse media het resultaat van een “instabiel en gewelddadig pro-Russisch Janoekovitsj-regime” werd genoemd. De filmmaker herinnerde echter ook aan de deal van Janoekovitsj met de oppositie en drie eu-ministers van Buitenlandse Zaken van 21 februari, volgens welke er een gemeenschappelijke overgangsregering gecreëerd en vervroegde verkiezingen voorbereid moesten worden.