Onderzoek wijst uit dat rokers derdehands rook met zich meedragen en zo anderen ook in rookvrije ruimtes kunnen blootstellen aan de nadelige effecten ervan.
Mensen kunnen op verschillende manieren aan sigarettenrook worden blootgesteld. Zo kunnen ze het als rokers zelf inademen.
Daarnaast is er ook nog tweedehands rook, waarbij mensen zelf niet roken, maar de sigarettenrook van andere rokers inademen.
En dan is er nog derdehands rook. Daarmee duidt men de stoffen aan die tijdens het roken vrijkomen en neerdalen in de omgeving en daar – tot lang nadat de sigaret is uitgedoofd – blijven hangen.
Deze derdehands rook hecht zich bijvoorbeeld aan de muren en meubels.
Verschillende studies hebben al aangetoond dat ook deze derdehands rook gevaarlijk is voor de gezondheid.
Experimenten wijzen namelijk uit dat rokers de derdehands rook niet alleen met zich meedragen, maar ook in de door hen bezochte ruimtes kunnen verspreiden, zelfs als daar niet gerookt wordt. Dat is te lezen in het blad Science Advances.